Drie van de dorpen worden bestuurd door de "Amma Towa". Dit is de geestelijke leider die door de bevolking wordt gekozen. Bij die keuze gaat men af op de mystieke tekenen. Ze noemen zichzelf moslims maar ze bidden nooit omdat de islam onderdanig is aan hun eigen geloof. Tijdens de ramadan vasten ze maar 3 dagen. Ondanks dat de Kajang geisoleerd leven is het toch mogelijk ze te bezoeken. Het hoofd van het dorp, de "Kepala Desa" moet daarvoor toestemming verlenen. We werden vriendelijk ontvangen door zijn vrouw. Na ons verzoek werden we geheel in het zwart aangekleed inclusief een mannelijk hoofddeksel. Na betaling van RP 50.000 pp donatie mochten we verder richting het geisoleerde deel van het dorp. Bij de ingang heeft Johnny de minibus geparkeerd en dan is het ong. 1 km lopen, over een bar slechte weg van rivierkeien, naar het dorp. Gemotoriseerd verkeer mag daar niet komen. De Kajang hebben een paard als vervoermiddel. Ze wonen dicht bij de natuur en lopen daardoor altijd op blote voeten zodat ze contact met de aarde hebben. Ook bijv. het kappen van een boom is verboden en wordt bestraft.
Er waren niet veel mensen op straat omdat er, in het huis van de Amma Towa, een bijeenkomst was over een probleem in het dorp. Wij mochten bij de ingang wachten om wat foto's te nemen van aankomende dorpelingen. Fotograferen is alleen buiten toegestaan. Wegens de vergadering mochten we niet binnen kijken. Wel zijn we uitgenodigd door de buurvrouw om bij haar in het huis te kijken. En ze bezitten werkelijk helemaal niets. Geen elektra dus geen radio, tv of andere apparaten. Ze zitten en slapen op de grond en gekookt wordt er op een heel klein houtoventje. Ondanks hun geisoleerde bestaan is de Kajang zeer gastvrij. Na een kleine wandeling door het dorp zijn we met onze indrukken van deze bijzondere stam weer richting Pantai Bira gereden met onderweg een eetstop in een warung.
De buurvrouw van de Amma Towa
Geen opmerkingen:
Een reactie posten