Translate our blog in your language.

Japan Kanto and Tohuku

Japan Kanto and Tohuku
Onze reis naar Noord Japan: Tokyo-Kanto-Tohuku (klik op de foto)

Wie zijn wij?

Wie zijn wij?
Wij zijn Henk en Jacqueline en wonen sinds 2012 op Bali. Wij gaan graag op ontdekkingsreis in Indonesie en andere landen in Azie

Welkom op ons blog

Welkom op ons blog

Aantal pageviews t/m vandaag

Aantal pageviews t/m vandaag

Totaal aantal pageviews t/m vandaag

Hot news

Een mijlpaal: Woensdag 23 december 2020
300.000 vieuws.

Translate our blog in your language

zaterdag 14 november 2015

Kingfisher

We hebben 'm weer gespot...de Kingfisher.

donderdag 12 november 2015

Pasar Beringkit

Elk dorp en elke stad kent zijn Pasar. De markten hebben vooral hun gezicht door de velerlei waren die worden aangeboden. Mer kan het bijna niet verzonnen of het is er te koop. Daarnaast is het altijd kleurrijk door het vele fruit, groenten, specerijen en natuurlijk de mensen.
Ook in Tabanan is zo'n markt. Eigenlijk ook een gewone dagelijkse markt ware het niet dat twee keer per week op woensdag en zondag er ook koeien, karbouwen, vogels, eenden, kippen, hanen en andere dieren worden verhandeld.
Wij waren er om half 10 in de morgen maar dat is al te laat. De actieve koeienhandel vindt plaats in de vroege morgen tussen 06.00 en 08.00 uur. Er stonden nog wel koeien en stieren maar het merendeel was alweer wellicht met een nieuw baasje vertrokken. Het enige wat achterbleef was stront, veel koeienstront.









zondag 8 november 2015

Wayan

Onze "pembantun" (hulp in de huishouding) heet Wayan. Maar waarom heeft ze deze naam gekregen? De namen Wayan, Made, Nyuman en Ketut hoor je veel. Het zijn de vier namen die in alle families voorkomen. No. 1 = Wayang, no. 2 = Made, no. 3 = Nyoman en kind no. 4 = Ketut. Dus zij heeft de naam Wayan gekregen omdat ze de eerstgeborene is.
Vaak kom je de voorvoegsels "I" en "Ni" tegen. Bijvoorbeeld "I Wayan" is de naam van een man en "Ni Wayan" is van een een vrouw. Deze namen zijn afkomstig uit de grootste en tevens laagste kaste Sudra van de Balinese samenleving.
De naam Wayan betekent "de meest volwassene" en is gereserveerd voor de eerstgeborene.
Het tweede kind krijgt de naam Made en is afgeleid van het woord Madia (in het midden).
De drie heet Nyoman afkomstig van het Balinese woord Uman (de rest).
Het vierde kind draagt de naam Ketut dat is afgeleid van het oude waarom Kitut (de kleinste banaan van de kam). Dit wordt gezien als een bonus en is geliefd om zijn zoete smaak en daarom is Ketut de meest geliefde van de familie.
Als er een vijfde kind wordt geboren dan begint men weer met nummer 1 en dat is Wayan. Omdat er veel mensen rondlopen met dezelfde naam worden er in het dagelijkse leven ook variaties gebruikt. Voor Wayan hoor je vaak Putu of Gede. Voor nummer 2 Made hoor je regelmatig Kadek, Nengah en Ngurah zeggen. Het derde kind wordt ook vaak Komang genoemd. Voor no.4 Ketut gebruikt men geen andere benamingen.
rechts Wayan.....links PakGede haar schoonvader....Gede = dus ook Wayan

zaterdag 7 november 2015

Onderweg gekiekt

De droge tijd loopt ten einde. In afwachting van de broodnodige regen worden er al enige sawas onder water gezet en geploegd zodat, onder het toeziend oog van de rijstreiger, de nieuwe aanplant kan beginnen.

donderdag 5 november 2015

Straatverkopers

Waar je ook bent. Waar je ook gaat. Overal op Bali zijn straatverkopers actief. Langs de weg met gehaakte hangmatten, op de hoek van de straat, op het strand met "kacang" (aardnoten), op de stoep met "doerians" of lopend langs de deur. Ook in Yehkuning, waar wij wonen, lopen ze met alles en nog wat leuren. De meesten zijn te voet en hebben artikelen bij zich zoals bezems, bedden, bamboegordijnen (krey) en messen. Maar ook met eten komen ze langs. Het meest verkocht zijn de baksoballetjes. Goedkoop en toch maagvullend. Een aantal dagen geleden zag ik een jongen met "cubeks" (vijzels). Hij zat op de hoek van de straat te rusten. Even een "break", even een sigaretje en even de voorbijgangers groeten om later op zijn "flip-flops" weer naar het volgende dorp te lopen. Dat hij een pauze nam is niet zo heel gek. Ik vroeg hem hoeveel kilo's hij meesjouwde. Aan iedere kant ongeveer 30 kilo. Met totaal een kilootje of zestig sjouwde hij, met een handdoek in zijn nek, weer verder. De handdoek om het zweet van het voorhoofd te vegen. De indruk leeft dat men hier aan de warmte is gewend en dat mag dan wel zo zijn maar bij inspanningen transpireren zij ook. Vaak is het leven hier erg hard om wat geld te verdienen. De bittere noodzaak om te kunnen eten en drinken. Het is voor deze mensen dikwijls geen leven maar overleven. 
een bakkie soep met baksoballetjes....gemakkelijk en goedkoop
de doerianverkoop: binnen mag het niet vanwege de stank dan maar buiten op de stoep
hangmatten in overvloed
de "cubek" wordt in alle Balinese keukens gebruikt
met 2 x 30 kilo langs de deur